Programma 0 | Bestuur en ondersteuning

Programma 0 | Bestuur en ondersteuning

Terug naar navigatie - Programma 0 | Bestuur en ondersteuning

In 2023 is de coalitie van Opsterlands Belang, FNP, PvdA en ChristenUnie het tweede jaar ingegaan. Het uitgangspunt was dat in de gemeente de overheid dicht bij de mensen staat en dat duidelijk is wat je wel of niet van die overheid kan verwachten. Daarom is gewerkt aan duidelijkheid in hoe besluiten tot stand komen en hoe en wanneer je daar invloed op kan hebben. De gemeenteraad is meer aan bod geweest aan de voorkant van het proces. Dit alles met als doel om de kernwaarden van modern bestuur, transparantie, openbaarheid en resultaatgerichtheid, te borgen.

Opsterland is een zelfstandige gemeente in Zuidoost-Fryslân en wil die zelfstandigheid behouden. De gemeente Opsterland heeft naast de samenwerking in OWO-verband ook de verbinding met andere gemeenten, zoals met Heerenveen en Smallingerland, gezocht. Dat is ook breder gedaan met de deelname aan de P10 het samenwerkingsverband van 32 grote plattelandsgemeenten. Vanuit deze positie hebben wij onze ambities en uitdagingen onder de aandacht van de landelijke en Europese politiek gebracht.

Adequate en persoonlijke dienstverlening is belangrijk. Naast de dienstverlening in het gemeentehuis zijn steeds meer producten digitaal beschikbaar voor inwoners en bedrijven. Over onze dienstverlening en andere onderwerpen communiceren we actief en efficiënt. We zijn een professionele organisatie, met aandacht voor modern werkgeverschap en werknemerschap. We zorgen dat onze rol als gemeente beter aansluit bij de netwerksamenleving. Hier werken we aan door middel van een organisatieontwikkelingstraject.

Kaderstellende documenten

Terug naar navigatie - Kaderstellende documenten

Coalitieakkoord Opsterland 2022-2026 - Mei-inoar foarút
Romte en ferskaat 2013
Informatiebeleidsplan OWO-gemeenten 2017-2020
Bestuursovereenkomst OWO-samenwerking (2015)
Standpuntbepaling voortgang OWO-samenwerking (2016)
OWO-visie (2021)

Thema Bestuur

Wat willen we bereiken?

Terug naar navigatie - Wat willen we bereiken?

Opsterland blijft bestuurlijk zelfstandig en in staat om toekomstige opgaven uit te voeren, zelf of in samenwerking met (keten)partners

Terug naar navigatie - Opsterland blijft bestuurlijk zelfstandig en in staat om toekomstige opgaven uit te voeren, zelf of in samenwerking met (keten)partners

Zo gaan we dat doen

Thema Dienstverlening en Organisatie

Wat willen we bereiken?

Terug naar navigatie - Wat willen we bereiken?

Beleidsindicatoren

Terug naar navigatie - Beleidsindicatoren
Beleidsindicatoren Eenheid 2021 2022 2023
Formatie Fte per 1.000 inwoners 7,6 8,1 8,5
Bezetting Fte per 1.000 inwoners 7,1 6,9 7,8
Apparaatskosten Kosten per inwoner (in € 1,-) € 735 € 833 € 983
Externe inhuur Kosten als % van totale loonsom + totale kosten inhuur externen 14,4% 19,6% 18,6%
Overhead % van totale lasten 13,0% 14,2% 15,0%
Bron: eigen gegevens
De berekening van deze indicatoren is gebaseerd op het document van de VNG ´Definities beleidsindicatoren ‘bestuur en organisatie´.

Wat mag het kosten

Terug naar navigatie - Wat mag het kosten

Mutaties in de reserves moeten worden verwerkt in programma 0 maar niet alle reserves hebben betrekking op programma 0.
Om een juiste financiële analyse per programma te kunnen maken zijn in onderstaande tabel alleen de mutaties die betrekking hebben op programma 0 meegenomen.

x € 1.000
Exploitatie Realisatie 2022 Begroting 2023 (Primair) Begroting 2023 (incl wijzigingen) Realisatie 2023 Mutatie begroting /realisatie 2023
Lasten 21.148 19.779 21.729 23.013 1.284
Baten 70.508 63.867 69.384 69.749 365
Saldo voor bestemming 49.361 44.088 47.655 46.735 -919
Mutaties reserves
Lasten 260 - 13.705 13.705 -
Baten 1.147 - 14.350 14.797 447
Saldo na bestemming 50.247 44.088 48.300 47.827 -472
Specificatie per taakveld
x € 1.000
Specificatie Begroting 2023 (incl wijzigingen) Realisatie 2023 Mutatie begroting /realisatie 2023
Saldo per taakveld
0.1 Bestuur -1.601 -1.638 -37
0.10 Mutaties reserves -1.002 -1.292 -290
0.11 Res. van de rekening van baten en lasten -1.899 - 1.899
0.2 Burgerzaken -1.018 -1.064 -46
0.3 Beheer overige gebouwen en gronden -167 -160 7
0.4 Overhead -16.506 -16.829 -322
0.5 Treasury 1.276 1.217 -59
0.61 OZB woningen 2.423 2.429 7
0.62 OZB niet-woningen 1.546 1.535 -12
0.64 Belastingen overig 94 62 -32
0.7 OPS.uitkeringen en ov. uitkeringen GF 61.648 61.654 6
0.8 Overige baten en lasten -40 -471 -430
Saldo voor bestemming 44.754 45.443 689
Stortingen reserves -
Perspectiefbrief 2023 -13.075 -13.075 -
BGW DEC 2023 budgetoverheveling gemeentelijke gebouwen -130 -130 -
Totaal stortingen reserves -13.205 -13.205 -
Onttrekkingen reserves
Perspectiefbrief 2023 13.850 13.850 -
JR 23 vrijval corona reserve 386 386
JR 23 reserve organisatiedoelstelling 61 61
Totaal onttrekkingen reserves 13.850 14.297 447
Saldo na bestemming 45.399 46.535 1.136
Tussen het hoofdoverzicht en de specificatie per taakveld voor bestemming zit een verschil van -1292 (-2901 begroting). Dit ontstaat door dat alle mutaties reserves op taakveld 0.10 geboekt zijn. In de specificatie laten we deze echter zien in het programma waar de reserve betrekking op heeft. Daarnaast is in de specificatie het resultaat opgenomen op taakveld 0.11.
Om het juiste inzicht per programma te krijgen worden de mutaties in de reserve toegelicht in het desbetreffende programma ipv in programma 0.

Toelichting op de financiën

Terug naar navigatie - Toelichting op de financiën

Het saldo na bestemming van dit programma is in 2023 € 2.271.000 voordeliger dan geraamd.

Taakveld 0.1 Bestuur geeft in 2023 een nadeel van € 37.000

In 2023 is een bedrag van € 4.000 (voordeel) vrijgevallen aan de voorziening wethouderpensioenen. Per balansdatum 31 december 2023 zijn de actuariële berekeningen van toekomstige pensioenverplichtingen voor wethouderpensioenen geactualiseerd. Door een stijging van de wettelijk verplichte rekenrente was deze vrijval mogelijk. Door de indexatie van pensioenen van de (voormalig) wethouders is dit voordeel beperkt gebleven. De voorziening is per balansdatum toereikend om de toekomstige pensioenverplichtingen te dekken. De hogere kosten in dit taakveld (€ 41.000) zijn voornamelijk hogere personeelslasten en de niet geraamde huisvestingskosten voor de waarnemend burgemeester.

Taakveld 0.10 Reserves

De mutaties in de reserves worden steeds bij het desbetreffende programma toegelicht. 

Taakveld 0.11 Resultaat van de rekening baten en lasten

Hier is het resultaat van de Verantwoording 2023 verwerkt. 

Taakveld 0.2 Burgerzaken geeft in 2023 een nadeel van € 46.000

In de perspectiefbrief 2023 is de opbrengst van de verkoop van de reisdocumenten verhoogd met €80.000. De bijbehorende inkoopkosten van de reisdocumenten zijn hierbij niet aangepast. Dit is hoofdzakelijk het nadeel van dit taakveld. 

Taakveld 0.3 Beheer overige gebouwen en gronden geeft in 2023 een voordeel van € 7.000  

Enkele niet begrote huren en pachten geven een voordeel van € 54.000.  De voormalige schoolgebouwen, welke in afwachting van herbestemming zijn, geven een nadeel van € 57.000 door hogere lasten voor  elektriciteit (€17.000) en gas (€ 40.000).  Dit is veroorzaakt door inflatie en het aantal gebouwen.  De overige posten zijn per saldo € 10.000 nadelig.    

Taakveld 0.4 Overhead geeft in 2023 een nadeel van € 322.000

De facilitaire kosten geven een nadeel van € 173.000. De hogere kosten bestaan uit elektriciteit (€ 82.000), gas (€13.000), verzekeringen (€ 26.000) en schoonmaak (€ 52.000).  De inflatie is hier hoofdzakelijk de oorzaak van. De personeelsgerelateerde kosten zijn in 2023 € 217.000 hoger dan begroot (nadeel). Van dit verschil wordt voor € 61.000 veroorzaakt door hogere kosten als gevolg van de organisatieontwikkeling. Dit bedrag is onttrokken uit de reserve Organisatiedoelstellingenfonds. Het overige verschil wordt veroorzaakt door diverse voor- en nadelen. De OWO-kosten op dit taakveld geven een voordeel van €120.000. De uitvoeringskosten uit taakveld 0.6 (belastingen) geven een nadeel van  €21.000.  Het voordeel op het derde deel van de OWO-afdelingen is per saldo € 99.000.  De onderhoudskosten van het materieel van de buitendienst geeft een nadeel van € 97.000. Om het personeel efficiënt in te zetten op het werk is het aantal te onderhouden voertuigen is afgelopen jaren gestegen. Daarnaast zijn de kosten voor onderhoud en wettelijke keuringen toegenomen.  De overige kosten waren per saldo € 45.000 nadeliger. 

Taakveld 0.5 Treasury geeft in 2023 een nadeel van € 59.000 ten opzichte van de begroting.

Er is € 135.000 meer rente schatkistbankieren ontvangen. Bij de begrotingswijziging december 2023 is een voorzichtige inschatting gemaakt die uiteindelijk positiever afwijkt. Daarnaast is de omslagrente in 2023 naar 0% gezakt (was 0,5%) waardoor er geen doorbelasting aan dit taakveld heeft plaatsgevonden. De raming op dit punt is niet aangepast waardoor een nadeel is ontstaan van € 195.000.

Taakvelden 0.61 OZB woningen en 0.62 OZB niet woningen geven in 2023 een nadeel van € 5.000.

De OZB-opbrengst is in 2023 nagenoeg gelijk aan de begroting (€ 16.000 voordelig). Voor een verdere toelichting kan verwezen worden naar de paragraaf lokale heffingen. De uitvoeringskosten geven een nadeel van € 21.000.  

Taakveld 0.64 Belastingen overig geeft in 2023 een nadeel van € 32.000 ten opzichte van de begroting.

Dit nadeel wordt grotendeels veroorzaakt doordat er minder aanmaningskosten in rekening zijn gebracht dan begroot.  

Taakveld 0.7 Algemene uitkeringen en overige uitkeringen gemeentefonds geeft in 2023 een voordeel van € 6.000  ten opzichte van de begroting.

Taakveld 0.8 Overige baten en lasten geeft in 2023 een nadeel van € 430.000 ten opzichte van de begroting.

In 2022 en 2023 heeft een steekproef voorbelasting BTW/BCF plaatsgevonden door de Belastingdienst. De eerste uitkomsten van het onderzoek voorspellen een kostenpost van circa € 500.000 waarvoor een voorziening is gevormd. De kostenpost bestaat uit geconstateerde fouten m.b.t. geclaimde btw uit het compensatiefonds of ten onrechte gevorderde btw in de voorbelasting. Deze "fouten" worden over de afgelopen 5 jaar doorgetrokken. Met deze som wordt de terugvordering vanuit de belastingdienst bepaald. Momenteel zijn wij nog in gesprek met de belastingdienst over geschillen in de geconstateerde fouten. In het begrotingsjaar 2024 verwachten we de definitieve uitkomst van het onderzoek. 
In de begroting is een structurele raming opgenomen van € 37.500 voor onvoorzien. In 2023 is hier geen gebruik van gemaakt. 
Het restant betreft kleine verschillen op dit taakveld.

De mutatie in de reserves bij programma 0 geeft in 2023 een voordeel van € 447.000  ten opzichte van de begroting.

Dit betreft een onttrekking van € 61.000 uit de reserve Organisatiedoelstellingen.  De reserve Corona is vrijgevallen en dit geeft een voordeel van € 386.000. Beide reserve mutaties waren niet begroot.